Heemkronijk jaar:2018, jaargang:57, nummer:1, pag:4 -5
De eerste Coöperatieve Boerenleenbank, opgericht in Geldrop
door: Gerard Steeghs
De voorgeschiedenis
Omstreeks de oprichting van de ‘Boerenbond’ in 1896 [1] zette pater Gerlacus van den Elsen in een serie artikelen op eenvoudige wijze het wezen en nut van ‘boerenleenbanken’ (een door hemzelf bedachte term) uiteen. Wat hem in de coöperatieve leenbanken aantrok, was ten eerste de mogelijkheid om kredietbehoevende landbouwers uit de klauwen van woekeraars te houden en voorts om met behulp van dergelijke banken spaarzaamheid, naastenliefde, arbeidzaamheid en matigheid te bevorderen. Hij gaf de voorkeur aan het systeem van coöperatief landbouwkrediet waar burgemeester Friedrich Raiffeisen (1818-1888) in het Koninkrijk Pruisen in 1854 een aanzet toe had gegeven. Het systeem kende een onbeperkte hoofdelijke of solidaire aansprakelijkheid der leden, maar bovendien noch aandelen met dividenduitkering, noch winstverdeling, noch bezoldiging van bestuursleden. “Christelijk in den echten zin.” In die tijd was het nog zo, dat de bank dienstbaar was aan de samenleving.
Vincent van den Heuvel
Voor het welslagen waren er eenvoudige en begrijpelijke statuten nodig. Hiervoor schakelde pater van den Elsen Vincent van den Heuvel (1854-1920) uit Geldrop in. Hij was lid van de Provinciale Staten en samen met de Geldropse gemeentesecretaris Peter van Vorst (1870-1926) bereidde hij uiteindelijk de statuten voor, voor de op 24 december 1898 opgerichte Coöperatieve Centrale Boerenleenbank, gevestigd te Eindhoven. Vanwege principiële meningsverschillen werd op 12 juni 1898 boven de grote rivieren de andere boerenleenbank, de Coöperatieve Centrale Raiffeisenbank opgericht, gevestigd te Utrecht.
Vincent van den Heuvel was een zoon van de textielfabrikant Willem van den Heuvel (1823-1895), eigenaar van de firma A. van den Heuvel & Zn in Geldrop. Bij dit familiebedrijf was Vincent betrokken totdat hij in 1903 aftrad om zich beter aan het algemeen welzijn te kunnen wijden.
Hij was al vroeg een sociaal en charitatief bewogen bestuurder die zich het lot van de boeren aantrok, toen tegen het einde van de negentiende eeuw een grote landbouwcrisis en de woeker de boerenstand in zijn bestaan bedreigde. Hij ontpopte zich dan ook als de stuwende kracht achter het sociaal-economische experiment en wist geheel onbaatzuchtig de notabelen en belanghebbenden met zijn onverzettelijkheid en onvermoeide werkkracht te begeesteren tot het oprichten van de ‘Boerenleenbank’.
Vincent van den Heuvel was medeoprichter en de eerste President van de Raad van Toezicht van de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank in Eindhoven en werd in 1905 bestuursvoorzitter. Zijn opvolger in deze functie was na zijn dood op 13 september 1920 zijn plaatsgenoot Albertus Fleskens (1874-1965), burgemeester van Zesgehuchten en later Geldrop, die reeds van 1912 tot 1915 lid van de Raad van Toezicht was geweest en daarna bestuurslid.
De Boerenleenbank, lange tijd bij de kassier aan huis
Inmiddels waren er al verschillende plaatselijke boerenleenbanken opgericht. Daarbij was die in Geldrop op 18 augustus 1897 de allereerste in het land, gevolgd door Leende op 22 augustus en Heeze op 25 augustus. Deze oprichtingen waren mede aangemoedigd door de f 150,- subsidie die door de provincie Noord-Brabant was uitgetrokken voor de eerste tien leenbanken die opgericht zouden worden. Hierna volgden al gauw Mierlo-Dorp op 16 december, welke in de provincie de zevende was (landelijk de elfde) en Zesgehuchten op 20 december als achtste (landelijk de twaalfde). In Sterksel werd de ‘Boerenleenbank’ op 16 maart 1933 opgericht. De inleg van de eerste spaargelden vond in Geldrop al plaats op 24 juli 1897 en de verstrekking van het eerste voorschot op 19 december.
De eerste Boerenleenbank in Geldrop ten huize van de kassiers, Kerkstraat 14 Geldrop.
Als eerste kassier fungeerde het hoofd der school Franciscus Tijssen (1852-1923), die tot 1903 deze functie onbezoldigd vervulde. Hij hield kantoor in een kamer van zijn woning rechts van de Openbare Lagere School in de Kerkstraat. Op 16 februari 1908 nam Hendrikus de Kort (1868-1949), die Tijssen was opgevolgd als hoofd der school en ook zijn woning betrok, de functie van kassier over. Inmiddels voor een salaris van f 100,- per jaar. In 1928 verhuisde het gezin De Kort naar de tegenover liggende villa op nummer 9 en verhuisde de ‘Boerenleenbank’ dus mee. Dit herenhuis was in 1886 gebouwd in opdracht van Vincent van den Heuvel, die er tot aan zijn dood in 1920 gewoond had.
Uiteindelijk legde Harrie de Kort zijn functie op 1 april 1944 neer, waarna Johannes van Bragt de nieuwe kassier werd op zijn huisadres Nieuwendijk 37a, op 1 juni 1945 opgevolgd door Jan van Dijk op ditzelfde adres. Hij hield kantoor in de voorkamer met de schuifdeuren gesloten. Er stond een flinke brandkast in huis voor het geld dat de klanten op hun spaarbankboekje lieten bijschrijven. Eind december konden de spaarbankboekjes altijd ingeleverd worden, voor de bijschrijving van rente. Als het druk was, dan moest men op de gang de beurt afwachten.
De tweede Boerenleenbank van Geldrop ten huize van kassier Harrie de Kort, Kerkstraat 9, Geldrop.
De overgang van de Boerenleenbank naar een kantoorgebouw
Eind oktober 1955 verhuisde de ‘Boerenleenbank’ naar een eigen kantoorgebouw op Hofstraat 10. Dit gebouw deed tot 15 februari 1971 dienst als hoofdkantoor, waarna de bank verhuisde naar het centrum. De officiële opening van het nieuwe hoofdkantoor op de hoek Kerkstraat/Korte-Kerkstraat vond op 4 maart 1971 plaats.
De twee gescheiden centrale boerenleenbanken van vroeger, de Coöperatieve Centrale Raiffeisenbank en de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank, fuseerden op 1 december 1972 tot de nu bekende Rabobank.
Het eerste eigen kantoorgebouw van de Boerenleenbank in Geldrop aan de Hofstraat 10.
[1] De Nederlandse bond werd op 31 januari 1896 opgericht, de Noordbrabantse Christelijke Boerenbond (NCB) op 17 augustus en de afdeling Geldrop volgde met een voorlopig reglement op 14 juni van dat jaar.