Heemkronijk jaar:1967, jaargang:6, nummer:1, blz.13 -14
ENKELE STUKKEN BETREFFENDE EEN TWEETAL LEENDER PASTOORS
door: A.F.N. van Asten
Wij, Geraert Zwuesten en Armandt Dircx, schepenen van Heeze-Leende doen condt dat voor ons is verschenen;: Meester Gruilliam van der Laerschodt, schoolmeester ende coster binnen Leende ende hebben ter instantie van de Eerw. Heer Jacob van den Broeck, pastoor Leende, verklaart waarachtig te zijn dat:
Op den vierden dag dezer maand februari is gekomen met zijn discipelen ende school- kijnderen aan de huyse van den voorn. Heer Pastoor om aldaar den dienst der misse te horen, dat alsdan denselven Pastoor hem declarant deed aanzeggen dat hij (= de schoolmr.) mitte selve schoolkijnder sonde gaen in de kercke, mits sijn huijs, daer inne die selve Heer pastoor den dienst was doende, te cleijn was omme daarinne altesamen denselven dienst te hooren.
Dat hij declarant sulks oijck heeft achtervolgt (= gedaan); maar de schoolkijnder in de kercke tegenwoordige borgemeesters, kerkmeesters en keijk geestmrs. van Leende, dewelke schoolkijnder mitsgaders vele andere naeburen (so mans als vrouwen) die aldaer hen devotie oock waeren houdende mits de cleijnicht (soo voorseijt is) van des voors. Pastoors huyse, hebben vuijtte kercke doen gaan ende vuijtgedreven ende de kercke terstonds daernaer toegesloten.
Voorts verclaert de voorn. declarant, dat die borgemeesters hem tenselven daeghe die sleutels der voorn. kerkcken oock hebben affgenomen.
In kennisse der waerheijt hebben wij schepenen voorn. onzen zegel hierop gedrukt.
12 febr. 1635.
(w.g. door de schoolm. ende twee schepenen)
Als vervolg staat er te lezen:
De tegenwoordige borgemeesters van Leende, Engel Berchmans, Matthijs Zwuesten, Hanrick Bull, Willem Engelen, Wouter Deelen, Jinthis Hollen, hebben op den 8e febr. 1635 gerecht en geexecuteerd eenen ketell den voorn. Heer Pastoor toebehorende, om te komen tot betaling van twee gulden, die de voorn. borgemeesters als schatgeld ( = belasting) van twee kisten die denselven Heer Pastoor toebehoorden ende in sijne kamere op den toren van de kerck alhier stonden, waren heijsschen ( = vorderen op grond van zeker recht).
Des t'oùconde hebben wij deze acte beteeckend op ten 12e febr. 1635.
Aldus R.H. Heeze R 77; map 9; d.d. 1635, losse stukken.
Deze Heer Jacob Janssen van den Broeck, pastoor Leende, was in 1607, toen hij genoemd werd bij het testament van Lucia, weduwe van Jan van den Broeck, ongeveer 61 jaar oud. Hij is dus geboren rond 1546.
Aldus R.A. Heeze R 77; map 4; losse stukken.
Heer Jan Philips, oud-pastoor van Leende is tegenwoordig (dat is in 1651) zijn woonplaats houdende te Heeze bij Philips Goorts, zijn vader.
Philips Goorts was in 1638 borgemeester voor Heeze, tezamen met Frans Henrick Pompen voor Leende. Hij werd toen genoemd Philips Goort Jacobs!
Hij werd ook genoemd: Johan Philips Hesius, oud-pastoor van Leende.
(Aldus R.A. Heeze R 78; map d.d. 1651 met losse stukken)
Op 25 nov. 1658 woonde Heer Ian Philips nog te Maeseijk, terwijl men volgens deselfde attestatie (= verklaring) nog op 16 nov. 1659 met Heer Jan Philips, oud-pastoor, had ge- sproken.
Aldus RA Heeze R 79; map d.d. 1656 met losse stukken van diverse jaren.
Zeer waarschijnlijk was deze Jan Philips een Coolen en heette aldus: Jan Philips Coolen!