Borgemeester van Zesgehuchten

Heemkronijk jaar:1973, jaargang:12, nummer:1, blz.6

BORGEMEESTERS VAN ZESGEHUCHTEN

Door: A.F.N. van Asten.

Op 13 nov. 1674 werd er te Heeze een extra ordinaire rechtszitting gehouden. Er verschenen daar Huybert Anthonis en Jan Dielis van Breugel, beiden inwoners van Zesgehuchten. Op die buitengewone zitting legden ze beiden hun eed af "aan handen des stadhouders" om als nieuw-benoemde borgemeesters voor het   dorp Zesgehuchten hun dienst te gaan uitoefenen voor de tijd van één jaar en wel in de periode van Sint Maarten (11 nov.) 1674 tot Sint Maarten 1675. Normaal werd die eed in de handen van de drossaard afgelegd, terwijl dat bij zijn afwezigheid gebeurde in de handen van zijn plaatsvervanger die daarom stadhouder genoemd werd.

Die stadhouder trad dan op namens de drossaard. In de periode 1668-1680 was Andreas Coenradi drossaard van Heeze-Leende. Op het geding van 25.9.1680 trad voor het eerst Johan de Jongh als nieuwe drossaard op.

Gewoonlijk werd de voornaamste van de zeven schepenen, president-schepen genoemd, tot stadhouder aangesteld. De nieuwe borgemeesters moesten dan de eed in zijn handen afleggen. Die borgemeesters werden eerst voor dat baantje aangezocht, weigerden ze hun benoeming te aanvaarden dan hadden ze als van ouds een peen (boete) van 60 gouden realen te pakken. De twee Zesgehuchtenaren werden dus borgemeester. Huybert Anthonis kreeg de funktie van buydeldrager, hij behoefde slechts het geld te innen en te bewaren; Jan Dielis werd de boekhouder, de man dus met de meeste ontwikkeling en verantwoording.
Aldus RA Heeze R10; fol. 233, diverse dingrollen. 

Ga terug