Heemkronijk jaar:1979, jaargang:18, nummer:1, blz.43 -45
U I T D E A R C H I E F K I S T
door: C.S.Smit
In de Heemkronyk nr. 5 van de 6e jaar- gang (1967), lezen we in een artikel van de heer J. Aerts hoe in 1767 de regenten van Heeze "een huysinge schuur en hoff staende in de com van ‘t Dorp nevens het huys van den Secre- taris Eckringa" kopen van de predikant van Leende, Ds. J. Laats. Dit huis gaat dienst doen als pastorie van de predikant van Heeze. De vorige pastorie stond in het buurtschap Kerkhof, maar verkeerde in vervallen staat, zoals we lezen. Zeventig jaar later geeft de toestand van de pastorie, eigendom van de burgerlijke gemeente, weer aanleiding tot bezorgdheid. We lezen hierover, in de "Aantekeningen van de Kerkeraad", opgetekend door Ds. Kremer, het volgende:
"Nadat op den 23sten Junij 1837 eene commissie uit den Kerke- raad dezer Gemeente was benoemd, bestaande uit den predikant J.L.A. Kremer Az. en den ouderling J.D. Baron van Tuyll van Serooskerken ten einde in onderhandeling te treden met het Dorps-Gemeente-Bestuur, om de Predikantswoning op billijke voorwaarden in eigendom van de Dorps-Gemeente over te nemen en zulks ten zelfden dage geschied was voor eene somme van Een Duizend Gulden zuiver zonder dat de Dorpsgemeente ver- pligt is eenige onkosten het zij van Registratie, overschrij- ving, zegels noch kosten van beschrijving te betalen, welke allen ten laste der Hervormde Gemeente komen. Zoo heeft de Kerkeraad het navolgend Rekest op den 22sten November 1837 aan Zijne Majesteit onzen Geéerbiedigden Koning opgezonden.
Aan den Koning
Sire!
De Kerkeraad der Hervormde Gemeente van Heeze en Leende Pro- vincie Noord-Braband, geett met diep verschuldigde eerbied te kennen:
Dat de aldaar bestaande en tot dat einde steeds geoccupeerd wordende Predikants-woning, welke in eigendom aan de Burger- lijke Gemeente van Heeze toebehoort, doch volgens de vroegere orde van zaken tegen betaling van eenen jaarlijksche huur van fl. 60,- wordt afgestaan, zich in eenen onbewoonbaren en zon- der overdrijving gezegd, bouwvalligen staat bevindt, zodanig zelfs, dat men na den storm van 29 November des vorigen jaars niet zonder gegronde bezorgdheid den naderende winter te gemoet ziet.
Dat gezegde burgerlijke gemeente niettegenstaande de dringenste behoefte en aanzoeken dourtoe gedaan uit gebrek can fondsen steeds onbekwaam is geweest gezegde waning in eenen bruikbaren stout te onderhouden, hetgeen deze bouwvolligheid ten gevolge heeft gehad.
Dat Uwe Majesteit aan de gesteldheid dezer zaken een einde willende maken, bij hoogstderzelver rescript van den 10 den November 1936 No. 89 goedgunstig heeft willen bepalen, dot aangaonde de finale overnome der Pastorijen, waarvan het regt van bewoning aan de Predikant, maar den eigendom oan de burgerlijke gemeente toekomt met de betrokken plaatselijke besturen, . onderhandelingen worden aangegaon ten einde die gebouwen aon de Hervormde Gemeente in bezit en onderhoud worden overgegeven, bij eene onder Uwer Majesteit goedkeuring aan te gone overeenkomst.
Dat gemelde Kerkeraad op grond van Hoogstderzelver bovenge- noemde rescript naar aanleiding van de door het Provinciaal College van Toezigt op de Kerkelijke administratien in dit gewest medegedeelde voorschriften, den voorbedoelde overeen- komst heeft getroffen, welke in alle opzigten voordelig en in het belong der Hervormde Gemeente kan geacht worden, waarvan zij de eer hebben afschrift ten deze: overteleggen. Dot zij zich alzoo durven vleijen, dot daarop Uwer Majesteit goedkeuring zal warden geobtineerd en daardoor ook hunne gemeente het bezit zal verschaft warden van eene zoo dringend nodige predikants woning.
Dat meergemelde Hervormde Gemeente hoegenaamd geene fondsen bezit, noch in staat is iets te kunnen bijdragen, in de voor dien koop en aankleven van dien vereischt wordende gelden. Dat hare jaarlijksche collecten, huur van een stukje land acuten en chijnsen, mitgaders de in het geval voortaan door den Predikant te betalen huur, te zamen fl. 131,- bedragende nauwelijks zal toereikende zijn om daaruit de kosten van on- derhoud van Kerk en Pastorij Assurantie en Salaris van den organist te kunnen bestrijden.
Dat er mitsdien voor den aankoop en onkosten van dien Fl.1090,- voor de reparatie en te doene herstellingen der Predikants woning ten einde dezelve in behoorlijke bewoonbaren staot te brengen eenen som van Fl.2798,- wordt vereischt, blijkens sub No.2 overgelegde begrooting van kosten.
De meergemelde Kerkeraad ziet zich alzoo gedrongen deszelfs toevlucht tot de vaderlijke goedertierenheid Uwer Majesteit te nemen, nederig smekende dot het Hoogstderzelve goedgunstig gelieve te behagen aan de Hervormde Gemeente voornoemd ter zake voorgeschreven eene subsidie van fl.3888,- te willen verlenen.
Hetwelk doende enz.
De Kerkeroud voorn. (get')
J,L,A, Kremer Az. Predikunt
J.D. Baron van Tuyll van Serooskerken ouderl.
H. Poots ouderl.
H.M. Freher diaken
P. Verschooff diaken.
(wordt vervolgd)
Bronvermelding en opmerkingen:
Aqntekeningen der Kerkeraad der Hervormde Gemeente van Heeze en Leende. (inventcris nr.3) 1837-1900.
Heemkronyk jaargang 6 nr. 5 blz. 61,62 en 64.
In de Kronijk von Heeze wordt op blz. 74 en 75 melding gemaakt van de in de brief genoemde storm.