Oud schilderstuk van het marktplein van Leende

Heemkronijk jaar:2007, jaargang:46, nummer:2/3, pag:38 -39

OUD SCHILDERSTUK VAN HET MARKTPLEIN VAN LEENDE 

door: Piet Willems 

In het Eindhovens Dagblad van zaterdag 14 april 2007 stond een artikel over ‘Het hervormde erfgoed in Brabant’. Over hoe de Maatschappij van Welstand nog steeds bezorgd waakt over de ‘hervormde’ bezittingen beneden en tussen de rivieren. ‘De Maatschappij is een protestantse organisatie die aan het begin van de negentiende eeuw opgericht werd om de kleine protestantse gemeentes op het Brabantse platteland van de ondergang te redden. Met name het erfgoed dat kon worden opgebouwd tijdens hun bevoorrechte periode na de Tachtigjarige Oorlog tot aan de komst van de Fransen geniet thans haar zorg en aandacht. Dus wat opgebouwd en aangekocht werd van 1648 tot 1795.  De eerste jaren na de komst van Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap moest de protestantse minderheid “omzichtig opereren, omdat ze door het katholieke Brabant met argwaan en soms zelfs onverholen vijandschap in de gaten werd gehouden”, aldus de auteur van het artikel. Ondanks het heersende wantrouwen, zo vervolgde hij, slaagde ‘De Maatschappij’ er toch nog in haar bezittingen in Brabant stelselmatig uit te breiden. In de zomer van het jaar 1833 hielden de dominees Van Gogh, grootvader van kunstschilder Vincent, en Van Heusden in dit bestek inspectietochten. Die brachten hen onder meer van Budel naar Leende en Heeze. Het jaar 1833. Waar deed dat aan herinneren? Inderdaad, aan de gouache die het gemeentebestuur van Heeze-Leende in 2004 heeft aangekocht van kunsthandelaar Matthias Beaujean uit Kelmis-Calamina in België. Het schilderstuk is gesigneerd door Jacob Meijer en geeft een persoonlijke, niet helemaal waarheidsgetrouwe kijk op het centrum van Leende, zoals dat er bijna twee eeuwen geleden zou hebben uitgezien. Alle goede voornemens ten spijt was het er nog steeds
niet van gekomen om aan de gouache in de Heemkronyk aandacht te schenken. Het schilderstuk heeft een plaats gekregen in de hal van het gemeentehuis. Dus in Heeze. Vele Leendenaren, zo neem ik aan, zouden liever een mooie plek in een openbare ruimte van Leende zelf gezien hebben! Maar wat niet is kan nog komen… Hoewel de maker van de gouache zijn werkstuk ondertekende met Jacob Meijer mag uit het Lexicon Nederlandse Beeldende Kunstenaars 1750-1880 1 worden opgemaakt dat het hier vrijwel zeker gaat om kunstschilder Jacob de Meijer. Volgens het lexicon werd De Meijer geboren op 30 april 1798 in Rotterdam, en is hij daar op 11 februari 1884 overleden. Hij was landschapschilder en tekenleraar. Ook stelde hij zijn kunstwerken tentoon, onder meer in 1813 en 1818 in Amsterdam en in 1830 in zijn geboorteplaats. Let wel, in 1813 was hij nog maar een jaar of vijftien! 2 Kunsthandelaar Beaujean vroeg voor het ingelijste schilderstuk in eerste instantie € 3.200,-. Ten slotte kon hij zich vinden in het taxatiebedrag van € 2.800,-. De schildering zelf (zonder lijst) meet 60 bij 30 centimeter en is achter glas ingelijst. Dominant in de voorstelling is de middeleeuwse Sint Petrus’ Banden-kerk uit 1474, met een hekwerk er omheen. In de opening van de poort staat een priester afgebeeld. Zo maar een fantasiefiguur? Of misschien een weergave van Joannes Kuijpers 3, die toen als pastoor aan het hoofd stond van de parochie in Leende? De pastorie die hij bewoonde stond nog aan de zuidzijde
                                                

1 Het lexicon is in 1981 opgemaakt door Pieter A. Scheen 2 Jacob de Meijer gaf les aan N. Barnouw Czn, S. van den Berg en A.J. van Wijngaerdt.  3 Joannes Kuijpers leefde van 1775 tot 1852,  kwam uit Boxtel en werd in 1812 pastoor in Leende.
 39

van de kerk, derhalve in het zicht van de schilder. 4 Op het schilderij staan behalve een waterput op het nog onbestrate dorpsplein verschillende stenen woningen met pannendaken. Ook het gemeentehuisje annex dorpsschooltje zijn links op de voorgrond te zien. Hun ligging komt aardig overeen met de kadastrale tekening die landmeter Hyacinthus van Dijk 5 in 1829 maakte en in 1832 in kaart bracht. Zie de Oorspronkelijke Aanwijzende Tafels op het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven (RHCE). Volgens deze tafels bevond zich aan de oostzijde (rechts op de schildering) een rosoliemolen, maar daar is weinig van terug te vinden. Wel bekend is de olieslagerij van de familie Rutten aan de westkant. De fantasie van de kunstschilder blijkt onder andere uit de niet helemaal waarheidsgetrouwe weergave van de kerk en het schilderen van een woestenij ten noordoosten ervan. In het uitspansel bovenaan het schilderij is zowel het wapen van het ‘plaatselijk bestuur’ van  Leende 6 als een soort parochiewapen met patroonheilige weergegeven. In de volgende Heemkronyk zal Henk van der Heijden uit Valkenswaard (voorheen Leende) nader ingaan op de vermoedelijke gezinnen die een kleine 200 jaar geleden woonden in de huizen die op het schilderstuk voorkomen. Van der Heijden publiceerde ruim een jaar geleden het boek ‘Leende in 1823 en 1832, persoonlijk en per meter’. Aan de hand van het                                                 

4 De huidige pastorie werd in 1855 aan de noordkant van de kerk gebouwd. Dat gebeurde onder het pastoraat van Theodorus de Hoog uit Nieuwkuijk. Deze leefde van 18001862 en was van 1852-1859 de Leendse parochieherder. 5 Hyacinthus van Dijk, Leende 1786-1851, was landmeter eerste klasse en genoot als zodanig regionale bekendheid.  Hij was betrokken bij de eerste kadastermetingen in Leende en Heeze.  Na de Belgische Opstand van 1830-1839 werd Van Dijk burgemeester van Leende, als opvolger van Nicolaas Wijnants, Borgloon 1756-Antwerpen 1848. Hoewel in ‘België’ geboren koos Wijnants tijdens de Opstand van onze zuiderburen de kant van Nederland. In 1839 legde Wijnants zijn burgemeestersambt neer. Hij was toen al 83 jaar oud! Hij vroeg en kreeg permissie om bij zijn dochter in Antwerpen te mogen verblijven. Hij was van 1821-1839 schout c.q. burgemeester van Leende. 6 Leende is in 1810 een zelfstandige gemeente geworden en dat tot 1997 gebleven.

bevolkingsregister van Leende in 1823 en de (eerste) kadastergegevens van Leende, uit 1832, schetst hij daarin wie waar bijna twee eeuwen geleden woonden en waar hun eigendommen lagen.

 

 

   
40 

Ga terug