Reactie op "Heembescherming"

Heemkronijk jaar:1981, jaargang:20, nummer:2, blz.54 - 59

REACTIE OP "HEEMBESCHERMING"

door: Peter Latjes

In het vorige nummer van "Heemkronyk" verwoordde Frans W. Sluijter zijn visie op "heembescherming", welke regelingen daar zoal toe kunnen dienen en wat hij als belangrijkste bedreigingen van ons heem zag. Enkele penslippers - overigens in belangrijke mate afbreuk doende aan de waarde van het geheel - daargelaten, mag de poging voor wat betreft twéé aspecten geslaagd heten: natuurlandschappelijk en monumentaal. Zonder verder afbreuk te willen doen aan de inhoud van deze beschouwing, die op zichzelf zeker zinvol is, voel ik mijzelf niettemin verplicht de auteur op een onvolkomenheid in zijn betoog te wijzen: de titel dekt de lading slechts voor een klein deel. Ik hoop hem en de overige geïnteresseerden dat op de hiernavolgende pagina's duidelijk te maken.

Volgens de Van Dale dient de lezer onder "heem" in ruimere zin te verstaan: "woonplaats, vaderland". "Heembescherming" wordt niet vermeld. Dientengevolge leid ik dit woord af en kom daarbij tot de volgende omschrijving:  “een bescherming van de eigen leefomgeving" ofwel "een bescherming van die waarden, die in de directe leefomgeving van de bevolking of een deel daarvan enigermate van belang zijn of kunnen zijn, hetzij uit levensbeschouwelijke, bestaansvoorwaardelijke. nostalgische, etc. overwegingen, zonder dat deze het algemeen belang schaden of de medebewoners tekort doen".

Een mond vol en daarom een toelichting. Onder "bescherming" wordt hier verstaan: "afscherming tegen alles van buitenaf, wat de identiteit van het object zou kunnen aantasten"; de "directe leefomgeving" betreft die plaatsen in het leven van een mens, waar het niet buiten kan. Bijvoorbeeld: iedere inwoner van Geldrop mag enkel en alleen het totale dorp met de omgeving als leefgebied bestempelen. Méér heeft hij in principe niet nodig om te kunnen "leven". Het betreft hier dus een beperking in geografische zin. Wanneer hij elders zijn bestaansmiddelen vindt, wordt de geografische beperking niet opgeheven, maar hooguit verbreed. De waarden voor mensen variëren van persoon tot persoon. Zo hadden de bomen langs de Sterkselse weg veel waarde voor Frans Sluijter. Niettemin werden zij omgehakt; uit "verkeersveilige overwegingen" naar het heet.

"0nzin", stelt Frans Sluijter; (fictief:) "Juist", stelt de automobilist, die na de verwijdering van de bomen met zijn voertuig de bocht uitvloog en in het naast de weg gelegen weiland terechtkwam. Ongedeerd. Zouden de bomen er nog hebben gestaan, dan was hij nu waarschijnlijk invalide of erger, dood geweest. Zou Frans Sluijter bij non-fictiviteit als moordlustig omschreven mogen worden? Of die automobilisten, die niet passen in het zojuist gegeven voorbeeld als landschapscultuurbarbaren? De lezer begrijpt het reeds, er zullen binnen het waardenstelsel prioriteiten gesteld moeten worden. Het laatste deel van de omschrijving is dan ook de bron van alle controversiële discussies over heembescherming binnen onze maatschappij. Frans Sluijter droeg er enkele bouwstenen toe bij; het onderhavige relaas tracht er de specie aan toe te voegen, opdat de uiteindelijke conclusie onderbouwd zal zijn door een stevige fundering.

Om een duidelijke kijk te krijgen op wat "heembescherming" kan inhouden, moet te raden worden gegaan bij de deelwetenschap, die het wezen van het heem tracht te doorgronden, de heemkunde. In tegenstelling tot wat vaak wordt aangenomen, is de heemkunde geen deelwetenschap in de zin van "bestudering van een bepaald aspect van de menselijke kennis", die ik overzichtshalve de verticale deelwetenschappen noem en er zich op toeleggen om een deel van de wetenschap in zijn geheel te bestuderen. Bijvoorbeeld: de bioloog zal zich slechts ophouden met de bestudering van alle levende wezens. Hij zal trachten alles te weten te komen, wat tot een vergroting van de kennis betreffende dit onderwerp kan leiden. De natuurkundige processen, die een rol spelen bij de verbranding van stro daarentegen interesseren hem niet, althans niet in vakmatig opzicht; de verbran-dingsprocessen in het menselijk lichaam daarentegen wel.

Heemkunde is een horizontale wetenschap, die vele deelwetenschappen slechts "gebruikt" ter verklaring van die verschijnselen, die tesamen genomen worden omschreven. Alles wat daartoe kan dienen, gebruikt hij. Echter met dien verstande dat enkel datgene dat voor hem van belang is, in aanmerking komt. Het draagt dus niet bij tot verrijking van de wetenschap in het algemeen; zij gebruikt slechts deelwetenschappen. Verder is zij niet interdisciplinair, maar een aaneenrijging van gedeelten van deelwetenschappen; een onnatuurlijke samenhang van deelweten- schappen, die geen onderlinge band hebben.

Ten derde liggen haar beperkingen niet vast en kunnen van heemgebied tot heemgebied sterk verschillen. Zij is dus flexibel in tegenstelling tot verticale wetenschappen, die statisch zijn. Bijvoorbeeld: in ons heemgebied komen twee kastelen voor. Castellologie (= kasteelkunde) is dus van belang, hoewel een Leendse heemkundige dit ten stelligste zal bestrijden. Zijn gebied is rijk aan oude boerderijen en hij zal zijn aandacht - zo de interesse daar naar mocht uitgaan - daar op richten. Voor hem zijn folklore en landbouwgeschiedenis van groter belang. Hiermede ben ik op het punt gekomen, dat voor iedereen duidelijk is met wat ik hierboven met de beschuldiging "de vlag dekt de lading niet" aan het adres van Frans W. Sluijter heb bedoeld. 

Onder het "heem" verstaat hij slechts een deel van datgene, dat met het oog waarneembaar is: monumenten en landschappen. Hij heeft daarbij de fout begaan zijn interessesferen als zaligmakend of zeg maar gerust bepalend voor het heem te maken. De politikus Sluijter kan dit niet kwalijk worden genomen, de wetenschapper Sluijter daarentegen des te meer.

Een voorbeeld van wat ook heembescherming is: de werkgroepen geluidsbanden in Geldrop, Heeze en Leende leggen zaken vast, die eveneens veel waarde hebben voor het nageslacht: namen van stukjes grond, straten (naamkunde); volksverhalen (folklore); dialecten (dialectologie); gegevens betreffende levende en overleden personen (genealogie); etc. Heembescherming pur sang. Toch zou dit alles van nul en generlei waarde zijn, als anderzijds geen personen bezig waren met het behoud of het vastleggen op foto van datzelfde stukje grond of die straat in zijn oorspronkelijke staat, zodat onze nakomelingen tenminste weten, waarover wij het hebben; of wanneer er geen personen waren, die stambomen samenstelden, zodat de gegevens op z'n minst bij de juiste persoon gezet kunnen worden.

Hiermede ben ik ongemerkt op het tweede aspect van mijn beschuldiging. Het verzuim te wijzen op de onderlinge samenhang, die de verschillende terreinen, waarop de heembescherming zich beweegt, kunnen hebben. Natuurlandschappelijke en architectonische monumenten hebben een onverbrekelijke band. Een landschap, waarin ultramoderne veeboerderijen met hoge meelsilo's staan, degraderen het geheel tot de tang op het bekende varken; architectonische monumen-ten (bijvoorbeeld monumenten) in door ruilverkaveling ontkrachtte landschappen passen evenmin in hun omgeving. Neen, het daaraan uitgegeven geld; had beter besteed kunnen worden aan beschermde stads- en dorpsgezichten. Een inzicht, dat de laatste jaren ook tot de momumentenkern van CRM is doorgedrongen. Om in navolging van Frans Sluijter maar eens ver van huis te gaan: de oude Harderwijkse stadskern - op zichzelf een juweeltje - zou menig ervaren kroegenloper teveel zijn; voor de oude stadswallen in Maastricht is daarentegen een goede oplossing gevonden.

Tot slot nog de politieke tendens van het artikel "Heembescherming". Veel aandacht besteedt de auteur aan diverse wetten, bestemmings-plannen, verordeningen, etc. Loze hulpmiddelen als ze niet op gepaste wijze worden gebruikt.

Daarbij komt nog, dat niet de politici beleidsbepalend zijn maar de ambtenaren. De eersten beperken zich hooguit tot beleidsbijsturing. Uiteraard zal de lezer zich inmiddels zijn gaan afvragen wat nu heem-bescherming dan wel inhoudt. Ik verwijs hen naar de in het begin gegeven verklaring en naar de hieronder volgende lijst van belangrijkste heemkundige deelwetenschappen. Op deze - en nog vele anderen - zal hard aan de bewustwording ervan moeten worden gewerkt. Iedere inwoner zal zich bewust dienen te worden van de omgeving, waarin hij "leeft". Wij zullen daarbij echter ook de waarde moeten onderkennen, die bepaalde heemkundige verschijnselen voor andere individuen hebben. Wat de een van groot belang vindt, doet voor de ander nauwelijks ter zake of interesseert hem niet. Smaken verschillen tenslotte, niet waar? Dus dient iedere heemkundig geïnteresseerde oog te hebben voor andere aspecten, dan die met welke hij zich zo graag bezighoudt, overigens zonder daar zelf aan behoeven te deelnemen. Ten onrechte ziet men het eigen deel nog te vaak als het belangrijkste. Wij, heemkundigen, dienen van deze gedachte af te stappen, want slechts gezamenlijk zijn wij in staat de strijd aan te binden tegen de algehele vervlakking, de commercie, de milieuverontreiniging, etc. Uiteraard moeten daarbij veren gelaten worden. Niet iedereen zal altijd voor 100% aan zijn trekken kunnen komen. Het algemeen en persoonlijk belang zal men niet uit het oog mogen verliezen: verkeersveiligheid, bomen langs de weg of ..... heer in het verkeer (!?!).

Kiezen is onvermijdelijk. Echter wel gezamenlijk, want alleen valt er niets te bereiken; het is vechten gelijk een Don Quichotte tegen de windmolens.

LIJST VAN BELANGRIJKSTE HEEMKUNDIGE DEELWETENSCHAPPEN:

Antropologie

Archeologie

Biologie

Bouwkunde

Demografie

Dialectologie

Economie

Folklore

Genealogie

Geografie

Geschiedenis

Naamkunde

Rechtswetenschappen

Sociologie

Toponomie

Ga terug