Heemkronijk jaar:1963, jaargang:2, nummer:1, blz.14 -15
SCHRAVERSPAD IN HEEZE
door: G. van Asten
Als ge van Het Kruis de landweg inslaat naar de Oude Kerkhof en U bent over he Schorbrugske dan ziet U meteen een smal pad liggen, aan de ene kant akker en aan de andere kant weiland, waar een beek genaamd de Waterlaat stroomt, en dit is dan de schraverspad, die naar het gehucht de Heezerenbosch loopt, de kortste verbinding met het dorp, als ge de verharde weg neemt of het pad betekent dat een verschil van 10 minuten.
Op de eerste boerderij op de linkerkant met de gevel naar de weg en het wooneind in de hof zo stond deze oude boerderij op gebonte en steijlen gebowd. Hier woonden dan de Schravers. Het woongedeelte werd in het jaar 1936 afgebroken en stal en schuur in het jaar 1959.
De pad kreeg zijn naam volgens een legende (of het op waarheid berust weet ik niet). Een van de Schravers had wat veel gedronken en daar deze boeren ronde hoge hoeden droegen, zette hij deze op het pad en zei tegen een boer, die er aan kwam: "Alles wijkt voor Schravers hoed" en de boer schopte de hoed van de pad en ging door en daar vandaan de naam Schraverspad. Het pad zal er wellicht al zo lang liggen als het dorp oud is. Het wordt door de bewoners van de Heezerenbosch onderhouden. De Schravers waren goed gezeten boeren en waren met enkele broers en zusters op de boerderij gebleven en dreven naast het gewone bedrijf ook handel in ossen. Deze werden vetgemest en werden verhandeld in België.
Dit blijkt ook uit een ossenhoorn met zilver beslag er op, welke zij behaalden op de Paas-tentoonstelling in Brussel en wel in1813.
In die tijd was het nog één staat, maar na de opstand van de Belgen moesten ze er voortaan binnen gesmokkeld worden en daar schrokken ze niet voor terug langs het Kempisch kanaal daar. Er werd een touw overgegooid en van de andere kant werd er getrokken en van deze kant werden de ossen te water gejaagd en zwemmende kwamen deze aan de andere kant, zij er uit getrokken werden en zo ging de reis naar Brussel.
In 1857 leefde er nog een van de Schravers en wegens zijn ouderdom verhuurde hij de boerderij aan Nol van Gastel; Hij stierf een paar jaar later en de familie van den Berg werd de erfgename. Deze bleef de boerderij door verhuren. In 1879 verliet van Gastel de boerderij na er 22 jaren gewoond te hebben.
Ze werd verhuurd aan Tinus van Dooren; deze ging na 10 jaren in 1889 naar Dommelen, waar hij een boerderij had gekocht. Nu werd ze verhuurd aan Dorus van der Kruis; deze bleef er 29 jaar op tot 1918, in welk jaar ze verkocht werd en een zoon van Dorus, Bert genaamd, die de boerderij kocht voor f. 10.000,—, ongeveer 10 H.A. groot en vandaag woont er weer een zoon van Bert op: Tinus. De laatste Girt van den Berg stierf in 1912, zodoende zijn beide geslachten uitgestorven.
De ossenhoorn was bij een niet-familid terecht gekomen maar deze verruilde die na de oorlog in 1945, zodat de hoorn in het bezit kwam van de burgemeester van de gemeente Steenbergen, thans in Venlo.