Een laat-middeleeuws tinnen munt-speld uit de dorpskern van Geldrop

Heemkronijk jaar:1994, jaargang:33, nummer:3, pag:105 -107

EEN LAAT-MIDDELEEUWSE TINNEN MUNT-SPELD

UIT DE DORPSKERN VAN GELDROP

door: Nico Arts

 

In het voorjaar van 1993 werd in de middeleeuwse dorpskern van Gel- drop diep grondwerk verricht voor het vernieuwen van rioleringen. Daarbij werd ook een gedeelte van het vroegere kerkhof juist achter de Brigittakerk afgegraven. De vrijgekomen grond werd afgevoerd en elders in Geldrop opgeslagen. In deze grond bevonden zich naast tal van menselijke skeletresten ook voorwerpen zoals stukken leer, scherven van keramiek, glas en hout. De datering van die voorwerpen is vanwege het ontbreken van verdere waarnemingen vooralsnog onbekend.

 

Muntspeld

Eén voorwerp is van metaal. Dit werd gevonden door Arno Bosmans, lid van de Archeologische Werkgroep Eindhoven, tijdens een inspectietocht op de afgevoerde grond met zijn metaaldetector. Het is een zogenaamde muntspeld, gegoten van een legering van tin/lood.

Muntspelden zijn laat-middeleeuwse insignes bestaande uit imitaties van beeldzijden van veelal gouden munten; de achterzijde van dergelijke spelden is altijd onversierd, daaraan bevindt zich de speld. De datering is te relateren aan die van de geïmiteerde munt; meestal stammen ze uit de 14e en 15e eeuw. Aan muntspelden wordt een onheilafwerende en beschermende betekenis toegekend.

De muntspeld uit het centrum van Geldrop is een vroeg exemplaar; het is een imitatie van een gouden royal, een Franse munt die slechts gedurende de jaren 1326-1328 werd geslagen. De diameter bedraagt 28 mm, een gedeelte van de rand is weggevreten door tinpest. Voor het overige is de speld compleet; het exemplaar heeft zelfs nog de oorspronkelijke draagspeld. Een identiek exemplaar is bekend uit het tijdens de waters- noodrampen in de periode 1530-1532 weggevaagde Zeeuwse dorp Nieuwlande in het Verdronken Land van Zuid-Beveland.(1)  

 

Betekenis

Vanwege het helaas ontbreken van archeologische waarnemingen tijdens het graven van de rioolsleuf is het onbekend waar de muntspeld precies is gevonden. De reeks door Arno Bosmans in de afgevoerde grond opgemerkte, maar ongedateerde voorwerpen kunnen wijzen op een grachtvulling. In dat geval zou ook de muntspeld uit een gracht kunnen stammen. Opmerkelijk is echter het voorkomen van tal van menselijke skeletresten die ondubbelzinnig wijzen op het voormalige kerkhof van de Brigittakerk. Nu zullen deze skeletresten overwegend van na-middeleeuwse ouderdom zijn, immers botmateriaal vergaat op onze zandgronden boven de grondwaterspiegel snel. Desalniettemin zullen zich op het kerkhof ook oudere, laat-middeleeuwse begravingen bevinden waarvan het skeletmateriaal is vergaan, maar waar minder vergankelijke stoffen zoals metaal bewaard zijn gebleven.

Indien de muntspeld van het afgegraven gedeelte van het kerkhof stamt kan deze zich op of bij een menselijke begraving hebben bevonden. In dat geval kan worden gedacht aan een grafgift, het zogenaamde Petrusgeld.

Tijdens archeologisch onderzoek van christelijke grafvelden worden herhaaldelijk munten gevonden die zich soms op de ogen bevinden. Dit is een overblijfsel van het voorchristelijke gebruik om goederen mee te geven om het vroegere bezit van de dode af te kopen opdat de levenden met rust gelaten zouden worden. Later is daar een christelijke betekenis aan toegekend, namelijk het geld dat aan Petrus moest worden gegeven bij het binnentreden van de hemel. Ook wordt de aanwezigheid van munten op de ogen van een dode verklaard als een middel om de terugkeer van de ziel naar het hoofd te verhinderen of om de dode een slapend aanzien te geven in plaats van een afschrikwekkend uiterlijk.(2) Indien de Geldropse muntspeld uit het kerkhof stamt kan deze een over- eenkomstige betekenis hebben gehad.

 

LITERATUUR EN NOTEN

 

Aten, N., 1992. 'De opgraving in de Broerenkerk'. In H. Clevis en T. Constadse-Westermann (red.), De doden vertellen. Opgraving in de Broerekerk te Zwolle 1987-88,  blz. 13-29. Kampen.

Beuningen, H.J.E. van en A.M. Koldeweij, 1993. Heilig en profaan. 1000 laat-middeleeuwse insignes uit de collectie H..I.E. van Beuningen. Rotterdam.

1    van Beuningen en Koldeweij 1993,b1z. 182, afb. 785.

2   zie o.a. Aten 1992, blz.27.

Ga terug