Heemkronijk jaar:1962, jaargang:1, nummer:6, blz.12 -15
De benamingen van ons Heem (2)
door: J. Paans
Een mooi voorbeeld waarom men meestal de juiste betekenis van een veld- of plaatsnaam, niet kan achterhalen, vinden wij in ons heemgebied te Zesgehuchten, in de huidige veldnaam "De Bronzen Wei". Dit is de wei gelegen langs de Eindhovenseweg waar de Ijsbaan is. Hoe zal men over 25 jaar nog uitzoeken hoe deze benaming ontstaan is.
b.v. 1e lid: bruisende of ziedende of Bruno's grasland
2e lid: gras of weide gronden
Onbekende herkomst.
Deze benaming is echter zo gegroeid: door vervorming en samentrekking in de dialectische uitspraak b.v. "denberonzenwei" bij goede uitspraak zegt men "Den Baron zijn wei" en dan is het duidelfik dat hier een stuk weiland bedoeld wordt dat toebehoort of eigendom is van de Baron.
Zijn er heemvrienden die meer van zulke benamingen weten, laat ze dan optekenen in onze Heemkronyk.
Als men veel buiten is, in de bossen en velden en men weet de naam van het gebied en ook de betekenis van die naam, dan is het landschap al heel wat mooier en boeiender. Daarom zouden wij graag, niet alleen de gebiedsbenamingen, maar ook de perceelsnamen zo mogelijk gelocaliseerd willen weten.
Enige heemvrienden hebben weer wat namen opgegeven en wij hebben gevonden voor:
Akker: Enk= omheinde kampplaats vbor land- of tuinbouw
Beemd: laagliggende, met bunt of bent gras begroeide gronden.
Bos: woud of bundel
Broek: gebroken land: tijdelijk water, tijdelijk land, in winter en/of zomer
Dries: Vermoeide, uitgeputte gronden
Heem: woonplaats: huis-stad-dorp-streek-land
Kruis: viersprong= kruispunt van wegen
Laak: Langzaam stromende beek of rivier of de gronden gelegen aan of op de grens of aan de rivier.
Loop: stromend water- treksloot
Loo: open bos met weide gronden
Maal: meel: laagten in het veld, plaats der rechtsvergaderingen
Veld: afgepaalde vlakten voor akkerbouw of weiland
Ven: meertje in de heide; veen moeras
Voort: doorwaadbare plaats; oversteek plaats
Zegge: natte, drassige gebieden veelal met veel riet en waterhout.
Heeze Sectie A 2
Bosakkers: 1e lid woud of gebundelde, 2e lid zie: akker (Hierin ligt de woonwijk de z.g. "Engelse Tuin". Hoe is men tot deze benaming gekomen?)
Hoge akkers: zie boven. Hooggelegen
De Rul: kan afgeleid zijn van "Ril" d.i. benaming voor smalle riviertjes.
De Bergen: Hoogten of heuvelachtig gebied
De Biesvelden: Veld met biezen. Kan ook buntveld zijn of wild, verwaarloosd veld.
Strabrecht: Kan zijn stro + brecht of Brink, maar ook naar zijn vorm zo genoemd: spitse Brink = lange driehoeksvorm.
Kraail: Kraai + lo = kraaienbos
Hendse Driesen: Kan zijn de braakliggende weiden. of gronden ter grootte van een "Hond"= honderd
De Leuren: verloren, achteraf liggende gronden.
Biestermannen: woeste laaggelegen gronden
Nieuwe Hoeven: de nieuwe hofsteden
Laarstukken: arme, dorre stukken land
Molenakkers: bouwland rondom de molen
Weybossen: struikgewas, bossen van laag hout. 1e lid kan zijn: Wede, eohter ook: Wiha= heiligdom. Heilige bossen.
Voor de opgegeven veldnamen hebben wij dit kunnen vinden:
De Voorten: de hooggelegen plaatsen
De Rijten: slooten, Geulen, Beken, stromen
De Bulders: het bolle land
De Schoonvelden: de velden of akkers, weilanden aan of nabij de rivier of beekoever.
De Poortmannen: 1e lid: de doorgangen, 2e lid: beschermende
De Geestakkers: droge, hooggelegen gronden.
De Bouwen: de luchtige akkers. Humusrijke gronden, kan ook zijn de bultige akkers
De Balbers akkers: de naakte gronden
De Schavers akkers: de langgerekte akkers
De ZilIense heivelden: het door beekjes doorsneden gebied.
De Hemelrijken: de gemeenschappelijke weidegronden
Voor de plaatsnamen uit de omgeving van ons Heemgebied:
Stratum: vroeger Straetkom: het heem of huis aan de straatweg.
Gestel; Geestlo (Gaastel) het open bos op de zandgrond.
Tongelre: vroeger Tungelare: kan zijn een overblijfsel van stamnaam van de oude bewoners "de Tungrij"
Strijp: het langgerekte dorp (streep)
Woensel: 1e lid: naam van Germaanse godheid Wodan- Wodo-Odhin 2e lid: sele= zaal of huis
Vlokhoven: 1e lid: verwarde – verwikkelde, 2e lid: Hoeven - hofsteden
Nuenen: vroeger Nuyenhem – Nuwenheem, het nieuwe huis of heem
Opwetten / Nederwetten: Wed: drenkplaats
Breugel: Kan zijn ingesloten jachtterrein, ook natte, met struikgewas begroeide weiden, ook watergang of -loop
Son: is waarschfinlük Waternaam "Sagunna"
Bokt: Kan zijn bocht of Kromming, maar ook beukeboom
Urkhoven: 1e lid: Horik - Hurk- Hoek, 2e lid: hoeven – hofsteden, mogelijk ook hof van Oderick?
Geldrop: vroeger Ghelendorp. Het dorp van Gelderöd?
Braakhuizen: groot, klein, woeste, braakliggende, gebroken landerijen
Mierlo: waterrijke bossen en weidegronden
Lierop: het dorpje in het glooiende land
Someren: vroeger Sumuringahem, Huis of heem van Sundmar?
Aalst: wild Alsemkruid? Kan ook zijn "heiligdom"
Valkenswaard: 1e lid: de vogel met de grauwbruine veren, 2e lid: waard of weerd = laagliggend land
Waalre: waterrijk bos en weidegronden
Veldhoven: Hofsteden
Oerle: bosrijke, ijzerhoudende gronden
Zeelst: Sele= zaal of huis