Heemkronijk jaar:2014, jaargang:53, nummer:1, pag:16 -19
Archeologisch overzicht van Geldrop (1)
door: Jan Broertjes
Inleiding
In 1981 heeft Gerrit Beex een archeologisch overzicht van Geldrop gemaakt dat verscheen in de speciale Heemkronyk van dat jaar, ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan van de Heemkundekring ‘De Heerlijkheid Heeze-Leende-Zesgehuchten’. Dat is meer dan dertig jaar geleden en ondertussen is er zoveel informatie verzameld over de archeologie van Geldrop, dat dit de reden is om dit overzicht nodig aan te vullen, waarbij de informatie die Beex heeft neergezet in het hierna volgende overzicht wordt verwerkt, dit om een compleet beeld te krijgen. In de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw is grootschalig onderzoek verricht in het gebied bij Genoenhuis ten zuiden van de begraafplaats het Zand omdat daar een nieuwbouwwijk was gepland. Daarnaast zijn op enkele plaatsen buiten dit gebied nog onderzoeken gedaan. Het gebied ten zuiden van de A67, dat voorheen bij Geldrop behoorde, wordt in dit overzicht betrokken.
Steentijd
De steentijd wordt onderverdeeld in Oude steentijd (Paleolithicum), Midden steentijd (Mesolithicum) en Jonge steentijd (Neolithicum) (afbeelding 1).
Afbeelding 1. Archeologische tabel.
Oude steentijd (Paleolithicum)
Het gaat in deze omgeving uitsluitend over het Jong Paleolithicum van ongeveer 35.000 - 9.700 jaar voor heden. Resten van oudere steentijdculturen, als ze hier al aanwezig zouden zijn, zijn door jongere geologische sedimenten toegedekt en aan het oog onttrokken.
De mensen van deze cultuur waren jagers, vissers en verzamelaars zonder vaste verblijfplaats. Zij trokken door de streek daar waar wild en ander eten aanwezig was en verbleven een korte en ook wel een langere tijd op één plek.
Er zijn twee culturen van belang voor hier, de Tjongercultuur en de Ahrensburgcultuur. Van de mensen van de Tjongercultuur, ook wel Federmessercultuur genoemd, die tijdens het Allerød-interstadiaal leefden, zijn maar weinig incidentele vondsten bekend. Het gaat veelal om een schrabber en een pijlpunt (afbeelding 3 en 4) en wat afslagen, die als losse vondsten zijn verzameld. Een pijlpunt kan tijdens de jacht verloren zijn gegaan en daarna zijn gevonden. Waar deze mensen hebben gebivakkeerd is niet bekend.
Afbeelding 3. Voorbeeld van een Tjongerspits.
Afbeelding 4. Voorbeelden van werktuigen die behoren tot de Tjongercultuur.
Van het opgravinggebied A2/Hut van Mie Peels zijn wel vondsten gedaan van de Federmessercultuur. Het ging hier om een kleine wellicht kortstondige nederzetting, waar artefacten zijn achtergebleven die hier op duiden (afbeelding 2).
Afbeelding 2. Artefacten van de Federmessercultur.
Dit is anders met de mensen van de Ahrensburgcultuur, waarvan een duidelijke verblijfplaats wel bekend is en hier veelvuldig hun nederzetting hebben gehad.
Deze plek was ten oosten van de Hut van Mie Peels op de plek van de huidige A2 en ook ter weerszijden daarvan.
Ouderdomsbepalingen geven aan dat deze liggen tussen ongeveer 10.610 en 9970 jaar voor heden.
Na de Allerød in het Late Dryas-stadiaal (afbeelding 5) werd het weer koud. Een verklaring is dat de bewoners daarom uit noordelijke streken naar het wat warmere zuiden zijn getrokken. Ze bivakkeerden vooral op de hogere zandruggen bij voorkeur aan de noordzijde van een meer of ven.
Afbeelding 5. Tabel van het Laat Weichselien.
Er zijn talrijke vondsten gedaan (afbeelding 6). Uit het vele onderzoek door de vele jaren heen is gebleken dat het assortiment vuurstenen werktuigen van de Ahrensburgcultuur, die bekend staat om zijn typische pijlpunten de zogenaamde steelspitsen, door de tijd geleidelijk typologisch veranderden waarbij de steelspitsen verdwenen en het assortiment meer en meer Mesolitisch werd.
Dit kan te maken hebben met een ander soort jachtwild. Naast vuurstenen werktuigen werden er ook andere stenen voorwerpen gevonden waaronder doorboorde hangers van kwartsiet en lydiet (afbeelding 8). Ook werden vuursteentjes aangetroffen met lijngraveringen (afbeelding 8). Een paar stukjes bot en een benen spits zijn gevonden waaraan een wellicht nauwkeurigere datering middels C14-onderzoek mogelijk werd.
Afbeelding 6. Artefacten Ahrensburgcultuur uit Geldrop.
Afbeelding 8. Doorboorde en versierde steentjes uit Geldrop.
Afbeelding 10. Voorbeelden van mesolithische artefacten.
Een overbekende klopsteen of retouchoir met de afbeelding van een vrouwfiguur, waarvan aan de echtheid wel eens wordt getwijfeld, behoort tot de vondsten en is bekend als de Danseres van Geldrop (afbeelding 7).
Uit het onderzoek blijkt dat door de eeuwen heen deze plaats meer of minder regelmatig al of niet tijdelijk werd bezocht, zelfs tot in het mesolithicum. Een theorie is dat deze mensen zich in de winter hebben opgehouden in de Ardennen en in de zomer de delta Nederland tot op de drooggevallen Noordzeevlakte introkken om te jagen. De zeespiegel was in die tijd aanzienlijk lager.
Afbeelding 7. Danseres van Geldrop.
Middensteentijd (Mesolithicum)
We hebben hiervoor gezien dat de Ahrensburgcultuur uit het Paleolithicum wat betreft de typologie van de vuurstenen artefacten geleidelijk overgaat in de typologie met de microlieten van die van het Mesolithicum. De vuurstenen artefacten lijken op die uit het jongste deel van de Ahrensburg-cultuur die door de tijd heen wat veranderde. Ze worden gerekend tot het Vroeg Mesolithicum (afbeelding 9).
Afbeelding 9. Vroeg mesolithicum bij A2 Hut van Peels.
Van het Mesolithicum jonger dan hier voorgaand is niet zoveel bekend. Ten zuiden van de A67 bij het voormalig benzinestation zijn artefacten gevonden, waarvan sommige bestaan uit kwartsiet van Wommersom[1]. Dit wijst op een jongere cultuur dan het mesolithicum die bij de hut van Mie Peels zijn gevonden. Ook bij het Groot Huisven zijn vier concentraties bekend. Bij de Gijzenrooise Zegge is ook een vindplaats ontdekt en bij de rotonde Leenderheide zijn ook vondsten gedaan. Deze mensen verbleven op de in het algemeen hogere zandgronden. Ook zij waren nomaden die dus rondtrokken.
Wordt vervolgd.
[1] Kwarstiet dat afkomstig is uit de omgeving van Tienen in de Belgische provincie Brabant. Het kwartsiet dat hier gewonnen werd, werd in het mesolithicum bij voorkeur gebruikt om microlieten van te vervaardigen.